Journalistieke verhalen vertellen we steeds meer in video en podcasts. Audio speelt een sleutelrol om je publiek te betrekken. Het moet goed zijn, anders wordt je verhaal afstandelijk. Radiomaker Jair Stein geeft 13 tips voor het beste geluid. Plus welke apparaatjes je nodig hebt.
1. Kom dichtbij
Een shock voor veel beginnende makers is dat je de microfoon dicht bij iemands mond moet houden. Een recorder neerleggen op een tafel of bank is uit den boze. Voor radio of podcast wil je écht dichtbij komen. Anders hoor je vooral omgevingsruis en klinkt het of degene die je opneemt iets te verbergen heeft. De meeste microfoons houd je op ongeveer een vorklengte afstand van degene die je interviewt. Als iemand protesteert, zeg dan dat mensen die dichtbij zijn opgenomen, warmer en sympathieker klinken. Dat is echt zo.
2. Neem jezelf ook op
Veel makers vergeten zichzelf op te nemen, waardoor hun eigen vragen te zacht klinken. Als je zeker weet dat je je eigen vragen gaat wegknippen, is dat geen probleem. Maar vaak maakt juist de interactie een gesprek levendig. Als je te zacht opgenomen audio achteraf harder moet zetten, krijg je meer omgevingsruis. Dat klinkt lelijk. Dit voorkom je door te ‘hengelen’ en de microfoon terug te brengen naar je eigen mond.
3. Koptelefoon op
Draag altijd een hoofdtelefoon tijdens opnames. Dit voelt ongemakkelijk (zeker in combinatie met de microfoon onder iemands neus), maar zonder koptelefoon hoor je niet of de opnames goed gaan (bijv. als iemand steeds wegdraait van de microfoon) en ben je je minder bewust van omgevingsgeluid.
4. Zoek de beste plek
Bepaal vooraf waar je gaat zitten en zoek een locatie met zo min mogelijk hinderlijke geluiden. Neem niet op in een druk café of langs de weg. Mijd elke plek waar muziek op de achtergrond staat (dat maakt montage onmogelijk) en let vooral op zachte, maar vervelende zoemgeluiden zoals airco’s, computers, koelkasten of aquaria.
5. Geef ruimte om weg te kijken
Ga zo zitten dat degene die je interviewt de kans heeft om weg te kijken. Zo klinkt je audio intiemer, net als bij nachtelijke gesprekken (pillow talk). Zorg er tegelijk voor dat je dichtbij zit om geen lamme arm te krijgen als je de microfoon lang vasthoudt. De hoek van een tafel kan een handige plek zijn, als je schuin zit ten opzichte van elkaar.
6. Check de levels
Test het geluid voor je begint. De audio moet bij normaal gebruik in de buurt komen van de -12dB. Als het daar langdurig ver overheen gaat, vervormt het geluid (ook te horen op koptelefoon en meestal ook zichtbaar met een rood waarschuwingslampje). Let op: Het volume van de koptelefoon is niet hetzelfde als de recording level! Alleen het record-volume bepaalt hoe hard de opnames zijn.
7. Extra batterijen en geheugen
Zorg altijd voor extra batterijen. Sommige apparatuur vreet energie. Je wilt niet halverwege een gesprek stoppen omdat de recorder uitvalt. Hetzelfde geldt voor schijfruimte: neem een extra geheugenkaart mee. Laad de opnames achteraf ook gelijk in op de computer, zodat je de opslagruimte weer kunt vrijmaken.
8. Controleer de teller
Als je geluid hoort op je koptelefoon en de meters slaan uit, kan het lijken of je al aan het opnemen bent, terwijl er in werkelijkheid nog niets gebeurt. Kijk dus altijd vooraf of de teller loopt.
9. Wees stil
Let op dat je tijdens een gesprek geen bevestigende geluiden maakt (aha, ja.. jta.. hmhm). Knikken mag, maar niets is zo irritant als een interviewer die hoorbaar aanwezig is met kleine geluidjes. Aan de andere kant: als iets je doet schaterlachen tijdens een gesprek, laat het dan vooral horen.
10. Houd de recorder aan
Begin voor je het gesprek start en eindig lang na het einde. Vaak is een gesprek leuk en spontaan tot de recorder aangaat. Dat voorkom je door gelijk te zeggen dat je alles opneemt. Dat betekent dat de band al loopt voor je aanbelt. Bijkomend voordeel: je hebt meteen wat sfeer opgenomen.
11. Stereo vs mono
Bij opnames is stereo bijna altijd beter dan mono, omdat het geluid meer diepte krijgt. Bovendien: van stereo kun je mono maken, maar andersom niet. Gebruik dus liever een stereo-microfoon als je de keuze hebt.
12. WAV / 24 bits / 48 kiloHertz
Let voor de opnames op de instellingen: zorg er in elk geval voor dat je het geluid niet gecomprimeerd opneemt (mp3 of MPEG2), maar in WAV. Gecomprimeerd geluid neemt minder ruimte in beslag, maar klinkt minder mooi. Een andere instelling waar je op moet letten is de zogenaamde bit- en sample-rate. Een goede instelling is 24 bits / 48 kHz sample-rate. Optie B: 16 bits / 44.1 kHz sample-rate. Lager geeft slechte geluidskwaliteit.
13. 30 sec stilte
Neem ‘stilte-geluid’ op in de ruimte waar je opnames maakt. Een halve minuut stilte volstaat om de montage achteraf mooier te maken door ademruimte te creëren en te voorkomen dat het geluid voor of na een citaat wegvalt.
Jair Stein is redacteur bij de NTR voor Radio Doc op NPO Radio 1. Hij maakte prijswinnende podcasts als Plots, 1 Minuut en Het leven, een gebruiksaanwijzing. Met zijn vrouw Jennifer Pettersson werkte hij aan Opgejaagd (VPRO), een podcast die genomineerd is voor de Prix Europa.